Een stel witte kadetten met een zwarte string ertussen. Een in mijn nek gewaaid rood jurkje en een nog roder hoofd erboven. Dat was het uitzicht van de pak ‘m beet 134 nietsvermoedende Bossche kermisbezoekers die naar de cake-walk stonden te kijken. En ik? Ik kon wel door de grond zakken daar bij de ingang van de attractie. Nee, een windmachine in de grond, fladderend zomerjurkje en vol marktplein bleken niet de beste combinatie.
Je snapt vast dat ik niet meteen bijster enthousiast reageer op mijn kinds plannen voor de kermis komend weekend.
Laat ik je even meenemen naar die bewuste zondag. Naïef als ik ben, betreed ik vol goede moed het lunapark. Die moed zakt me na drie seconden al in de schoenen, als blijkt dat ik er voor de volle 100% intuin. Dat ik de voorpret van die kermisexploitanten niet opgepikt heb zeg. Hé, daar heb je weer zo’n moeder met jurk. Zet die windmachine op standje maximaal jongens. Camera aan en gieren maar.
Voordat je nu Marilyn Monroe-achtige taferelen in je hoofd haalt, ik help je even uit de droom. Dit zag er allesbehalve sexy uit. Ik had direct spijt dat ik een degelijke, naadloze string had aangetrokken. Terwijl ik inwendig ‘cut, cut’ riep en besefte dat ter plekke onzichtbaar worden helaas geen optie was, bestierf mijn vriend het. Als toeschouwer stond hij eersterangs en rolde hij zowat over de grond. Alle anderen met een ogensterkte van -6 tot +6 om hem heen ook trouwens. Werkelijk waar, als deze scène ingestudeerd was met een professionele actrice met dito bilpartij, had ’t plaatje er precies zo uitgezien. Op die Hema-string na dan.
Ping ping. Mijn zoon weer op de app. Nee lieverd, ik denk nog even na over onze weekendplannen als je het goed vindt. Je zult namelijk zien dat het toch mooi weer wordt. En al mijn degelijke broeken zitten in de was.