“Mam, het was vet vandaag joh. We kregen Engels van Kwebbelkop, Enzo Knol dreunde de tafel van zeven op en mijn iPad gaf me de gouden ster omdat ik zo goed opgelet had. Een juf of meester? O, die hebben we niet. Maar zo gaat ’t ook prima hoor.”
Basisscholen beginnen het nieuwe schooljaar met zo’n 1300 leerkrachten te weinig, dus best kans dat jouw kind na de vakantie zo thuiskomt. Bij De Kring in Schijndel snakken ze naar een leraar die meteen kan beginnen, de vrije school in Den Bosch zoekt er maar liefst vijf en De Dommelgroep in Boxtel schreeuwt om invalkrachten. Alle parttimers werken al extra, stagiaires zijn ingeroosterd en nieuwe stakingen zijn alweer gepland. Nog twee jaar en het landelijk tekort is opgelopen tot 4000. Dan zien scholen geen andere uitweg meer dan YouTube-les, Cito-apps en toetsen die zichzelf nakijken.
Niet alleen wordt ICT op veel plekken al slim ingezet, het wordt ook genoemd als mogelijke oplossing voor het lerarentekort. En laten er nou toevallig wél genoeg studenten zijn in social media en app design. Worden onze leraren straks echt vervangen door vloggers en digitale leersystemen? Onze kinderen stuk voor stuk robotmonteur of app-ontwikkelaar? Misschien gaat het wel net als bij de bankmedewerker die vervangen werd door de pinautomaat. Of de caissière die plaats maakt voor de zelfscanner, de sportinstructeur die werkloos is dankzij virtual spinning classes en de robots in operatiekamers aan wie we ons leven toevertrouwen. Laatst las ik zelfs over animatierobots in bejaardenhuizen …
Pfff, gelukkig hebben ze op de school van mijn kind de formatie weer rond gekregen. Noem mij maar ouderwets, maar voor mij valt de leerkracht nog in de categorie onmisbare mensen. En Enzo Knol voorlopig niet.